Zij houden magerheid voor gezondheid, zwakheid voor redelijkheid; en terwijl ze ermede tevreden zijn, vrij te zijn van zonden, vervallen zij juist in de zonde, van geen deugden te hebben.
Zij houden magerheid voor gezondheid, zwakheid voor redelijkheid; en terwijl ze ermede tevreden zijn, vrij te zijn van zonden, vervallen zij juist in de zonde, van geen deugden te hebben.