Ieder parlementslid moest, na zijn mening te hebben uitgesproken en verdedigt, zijn stem geven aan de tegenpartij. Dan zou de stemming onfeilbaar ten voordele van de gemeenschap uitvallen.
Ieder parlementslid moest, na zijn mening te hebben uitgesproken en verdedigt, zijn stem geven aan de tegenpartij. Dan zou de stemming onfeilbaar ten voordele van de gemeenschap uitvallen.